
Marinus Post (Foto uit Politie blad 1943)

Hemke van der Zwaag

Laatste foto van Johannes en Dien samen,
genomen in Rijnsburg 1944
Gezocht
Het verzet van Johannes en Marinus Post
In het Algemeen Politieblad van 1 augustus 1943 wordt om opsporing en aanhouding van Johannes Post gevraagd. De volgende dag staat in het Nederlandsch Buitengewoon Politieblad een verzoek tot aanhouding van Marinus Post. Marinus heeft dan al een overval in zijn boerderij in Kampen gehad. Hij kon vluchten, maar zijn vrouw en kinderen werden meegenomen naar het politiebureau. Een paar dagen later brandt zijn boerderij tot de grond toe af. Johannes is gewaarschuwd en vertrekt net op tijd.
Johannes en Marinus duiken tegelijkertijd onder. Johannes blijft eerst nog in de omgeving van Nieuwlande, maar als de grond te heet onder zijn voeten wordt, besluit hij naar het westen te gaan. In de herfst van 1943 draagt hij zijn werk in Nieuwlande over. Arnold Douwes en Max Léons nemen het onderduiknetwerk over, Hemke van der Zwaag draagt zorg voor de knokploeg die is ontstaan na het bloedige optreden van de Duitsers tegen de april-mei ’43 staking.

De boerderij van Johannes Post in Nieuwlande, waar het verzetswerk begon.
Johannes en zijn vrouw Dien vertrekken naar broer Henk in Rijnsburg. Henk Post is daar gereformeerd predikant. Samen met dokter Edzard van der Laan is hij actief in het onderbrengen van onderduikers. En daar, bij Henk, treft Johannes zijn broer Marinus weer aan. Samen besluiten ze een knokploeg op te zetten en verder te gaan met het verzetswerk. Een half jaar later scheiden zich hun wegen gedeeltelijk; Marinus wil zich nergens aan binden, werkt het liefst op eigen houtje en richt KP Evert op. Johannes ziet in dat samenwerking tussen de vele knokploegen onvermijdelijk is. Hij treedt met KP Johannes toe tot de landelijke LO/LKP organisatie.